Knuffelen op de gesloten afdeling
Met het lichamelijk contact zit het op het Symposium intimiteit en seksualiteit in de ouderenzorg wel snor. Schouder aan schouder, dij aan dij zitten de honderddertig (zorg)professionals en andere belangstellenden op deze mistige maandagmiddag bij elkaar in het Bartholomeus Gasthuis om inspiratie op te doen, kennis uit te wisselen en vooral: om een vervolg te geven aan het SIVIL-project (seksualiteit, intimiteit in het verpleeghuis, in lerende netwerken) waar Rutgers en Vilans de afgelopen vijf jaar met grote bevlogenheid aan werkten.
We moeten van instituten voor ouderen een thuis gaan maken. Niemand wil wonen in een instituut.
Het symposium wordt geopend door Teun Toebes (23). Energiek loopt hij naar voren. "Ik voel me meteen thuis," zegt hij. Veel mensen bij elkaar in een lekker warme zaal. Teun heeft een heldere missie: de levenskwaliteit van mensen met dementie verbeteren. Ruim twee jaar geleden verhuisde hij daarom naar de gesloten afdeling van een verpleeghuis waar hij een gang deelt met zeven huisgenoten. "Die gesloten afdeling voelde in het begin als een surrealistisch niemandsland", vertelt hij, "waar mensen met elkaar samenwonen op basis van een ziekte."
Wat hem ook opviel: het soort vragen dat hij van leeftijdsgenoten kreeg over zijn woonplek. “Hoe hij dat doet als hij iemand mee naar huis neemt. Heeft hij ook zo’n verstelbaar eenpersoonsbed, met een dunne deken? Waarom worden deze vragen wel aan mij gesteld, maar niet aan Marietje van 93?", vraagt Teun zich af.
Teun Toebes

Naomi Antonius (links) en Teun Toebes (rechts)

Zelf leerde Teun veel over intimiteit van zijn huisgenoten. Zo was er Ellie, die door dementie haar taal verloor, maar graag knuffelde. "Aan haar knuffels kon ik voelen hoe het met haar ging”. Van huisgenoot Tineke leerde Teun dat het belangrijk is om verder te vragen dan iemands dossier. Niet: "Hoe gaat het met je knie?" maar: "Hoe gaat het met jou?" "Het is misschien geen leuke boodschap", sluit hij af, "maar wij zijn de dementerenden van de toekomst. We moeten van instituten voor ouderen een thuis gaan maken. Niemand wil wonen in een instituut."
